Tekst en foto Jelle Hofstra
De Kelderhagedis
Regelmatig krijg ik meldingen binnen van mensen die 'kelderhagedissen' in hun huis hebben zitten. Het gaat dan echter steeds om salamanders. Qua bouw - vooral bij de landfase van de salamander - lijken beide soorten
inderdaad veel op elkaar. Toch zijn hagedissen en salamanders twee totaal verschillende diergroepen. Zelfs de grote systematicus, de Zweed Carl von Linne (Linnaeus) sloeg de plank volkomen mis toen hij zijn 'Systema Natura' in 1735 het licht deed zien en daarin
de twee diergroepen beiden als reptielen opnam. Bijna 200 jaar geleden werd het pas duidelijk dat dit twee totaal verschillende diergroepen waren. Echter nog steeds omvat de studie van de herpetologen (kenners van 'kruipende' dieren) beide diergroepen: amfibieen
en reptielen.
In tegenstelling tot reptielen (hagedissen, slangen, schildpadden en krokodillen) hebben amfibieen (kikkers, padden en salamanders) geen geschubde huid. De huid van
amfibieen is daarentegen zacht en vochtig en biedt maar een geringe bescherming tegen uitdroging. Daarom leven ze in het grensgebied tussen water en land of in een omgeving waar ze door dauw en de vochtigheid van de grond voor uitdroging worden behoed. De
met schubben bedekte huid van reptielen is waterdicht en het dier wordt daardoor uitstekend tegen uitdrogen beschermd. Een ander verschil tussen beide diergroepen is dat een amfibie bij de voortplanting afhankelijk is van water, een enkele uitzonderling daar
gelaten. In het water worden eitjes afgezet, die via een larvaal stadium metamorfoseren tot kikker, pad of salamander. Reptielen hebben geen water nodig om zich voort te planten. Ze leggen eieren op het droge of werpen levende jongen. Zowel de uiteindelijk
uit het ei kruipende jongen als de geworpen jongen ondergaan geen metamorfose, maar zijn - hoewel kleiner - het evenbeeld van hun ouders. Bovendien prefereren beide diergroepen een geheel uiteenlopende biotoop. Zoekt een salamander een koele, donkere en vochtige
plek op, de hagedis houdt daarentegen van een lichte, warme plek waar het dier naar hartelust kan zonnen.
De meeste verwarring tussen salamander en hagedis treedt op bij de landfase
van de salamander. Immers in de voortplantingstijd zitten salamanders in het water en vertonen vooral de mannetjes fraaie versiersels zoals staart- en rugkammen (bruiloftskleed). Ook de kleur wordt dan veel levendiger. De meeste mensen herkennen het dier dan
ook als salamander. Na de voortplantingstijd verdwijnen deze kenmerken weer geleidelijk aan en gaan de dieren uiteindelijk het land op om te overwinteren. Misschien ook in uw kelder of schuurtje. En dan wordt determinatie iets moeilijker. Tot nu toe tenminste.