Friese natuurgebieden
Halverwege juni 2013 wilden drie jonge enthousiaste onderzoekers van de UvA graag een bezoek brengen aan de Liphústerheide.
Als reptielenkenner werd Jelle gevraagd om ze bij te staan Bij dit DNA-onderzoek behoorde het wattenstaafje tot het verleden. De studenten hadden een vergunning om bloed af te tappen uit het staartgedeelte van de slang. Bloedûndersyk is minder
omslachtich en de DNA-útslagen binne krekter''.
De studenten waren al op de Delleboersterheide geweest, maar Jelle vond dat ze ook
de Diakonievene en de Catspoele mee moesten nemen in hun onderzoek. De onderzoekers vielen van de ene verbazing in de andere. ''Op gjin inkeld plak yn Nederlȃn hiene se safolle ringslangen oantroffen''. Bij de Catspoele vonden ze in een pitrusveld zelfs
nog vier adders. In totaal werden in twee dagen tijd maar liefst van 29 ringslangen monsters genomen. ''In flink oantal, benammen omdat de slangen yn de waarme simmermoannen hast net te finen binne. It Fryske Gea kin grutsk wȇze op de terreinen, yn ets
gefal wat de kȃldbloedige bisten oanbelanget''.