Een handvol pasgeboren ringslangetjes . . .
Foto Harold van der Ploeg
Strengen
Reptieleneieren zijn oppervlakkig met vogeleieren te vergelijken,
maar er zijn verschillen. Zo hangt bij een vogelei de dooier tussen strengen. Hoe de vogel het ei ook keert, de dooier blijft te allen tijde mooi in het midden. Een reptielenei mist deze strengen waardoor de dooier naar onderen zakt. Wordt een reptielenei
– waarin een embryo in aanleg aanwezig is – gekeerd, dan is het niet denkbeeldig dat de omlaag zakkende dooier het embryo dood drukt. Wel is er bij de ringslangeieren zoveel mogelijk vanuit gegaan dat het vuil aan de eieren de onderkant was. Om
in de broedstoof ’ongelukjes’ te voorkomen, werd ook een flink aantal eieren ondergebracht bij een bevriende slangenkweker Harold van der Ploeg. De temperatuur in beide broedstoven lag rond de 27 gr C. Hoe lang de eieren al in de composthoop hebben
gelegen is niet bekend, maar in beide broedstoven kwamen de eerste slangetjes na 36 dagen uit het ei. In totaal werden 119 slangetjes geboren. Eén ei bevatte een dood jong. De diertjes zijn uitgezet op enkele geschikte plekken op de Lippenhuisterheide,
die hemelsbreed ongeveer een kilometer van de plek waar de eieren gevonden zijn ligt.